top of page

Voetbal als symbool van het nationale trauma

Het is de 75ste minuut van het duel tussen Flamurtari Vlorë en Vllaznia Shkodër. De spanning is te snijden. Desondanks heeft het groepje kinderen naast mij nauwelijks oog voor wat er zich op de grasmat afspeelt. Ze staan gebogen over een mobieltje. Nieuwsgierig gluur ik mee op de gedateerde Sony Xperia: het zijn de tussenstanden in de Serie A.


Even later zie ik in een ooghoek de Eredivisie-uitslagen op het beeldschermpje verschijnen. ‘FC Groningen?’, vraag ik aan de jongste van het stel, die een trainingsjasje van Mühlheimer SV draagt. Hij steekt beide wijsvingers omhoog. Het is 1-1 geëindigd in de Euroborg.

‘Forza Napoli,’ roept het joch, amper elf jaar, naar me. Trots pakt hij een verfrommeld briefje uit zijn jaszak. ‘Internazionale–Napoli: 2’ staat erop. Voor ik meer kan vragen voegt hij zich alweer bij zijn gabbers rondom het mobieltje. De tussenstanden in de Engelse Premier League zijn interessanter.


De jongelui zijn pas in de rust binnengekomen. Vanaf dat moment was de entree gratis. Ik heb 200 LEK betaald (omgerekend 1,57 euro) voor de partij in de Kategoria Superiore, de hoogste Albanese divisie. Een kinderkaartje kost de helft.


Op de balkons van de omliggende appartementen staan ook tientallen fans die zich de kosten van het ticket hebben bespaard. Terwijl het jonge grut wild gebarend de uitslagen van de Tweede Bundesliga bespreekt, ramt de spits van de gasten de bal tegen de touwen. 


Vriendelijke ontvangst

Tijdens mijn tiendaagse rondreis door Albanië bezoek ik zeventien stadions, drie ultragroepen, twee trainingen en vijf wedstrijden. Overal word ik even vriendelijk onthaald, al kijkt men soms wel vreemd op van de ‘westerling’ die nota bene geïnteresseerd is in hun club.

Na een paar vragen of enthousiaste woorden veranderen de op het oog schuchtere Albanezen al snel in open, warme en geïnteresseerde gastheren. Voordat mijn vragen worden beantwoord krijg ik op z’n minst een stoel en koffie aangeboden.


Binnen no time voel ik me dan ook uiterst op mijn gemak op de Albanese straten en tribunes. Het beruchte schrikbeeld van bloedwraak, moordeskaders en maffiose praktijken blijft voor de toerist ver verwijderd.


Ook ben ik welkom in het honk van de Ultras Guerrils, de beruchte harde kern van Partizani. Foto’s maken van hun smoezelige onderkomen in een souterrain is geen probleem. Een van de lieden verklaart het treffend: ‘Albanezen ontvangen gasten met open armen. Wij zijn alleen wreed tegen elkaar.’   


Wat wel meteen opvalt is dat iedereen over geld praat. Via directe vragen probeert men zo snel mogelijk te achterhalen hoeveel je ‘waard’ bent. Ook wordt bij ieder gespreksonderwerp verteld wat het kost. Mijn systeemcamera wordt met aandachtige blik bekeken, maar ik heb nooit het gevoel dat ik moet opletten dat die wordt afgepakt.


In het verlangen naar een beter bestaan zijn de inwoners van het armste land van Europa driftig op zoek naar aansluiting bij het westen. Bij elk overheidsgebouw hangt er naast de Albanese vlag ook één van de Europese Unie. Sinds 2014 is het land kandidaat-lid, maar binnen de EU is de weerstand tegen toetreding voorlopig groot.


Onafhankelijk medium

In Blloku, de uitgaanswijk van hoofdstad Tirana, heb ik tijdens een van de eerste dagen afgesproken met Altin en Marjan. Altin is hoofdredacteur van de Superliga-fanclub, een groot medium over de nationale competitie. Zijn vriend en collega Marjan is een voormalig journalist van de grootste sportkrant: Panorama. Zij ervaren dat hun land maar moeilijk kan afrekenen met het communistische verleden.


‘De staat is nog altijd zeer centralistisch ingericht. Dat geldt ook voor de media, die zijn nog steeds gevestigd in Tirana. Alle kranten en tv-zenders zijn voor een van de drie grote clubs uit de hoofdstad. De andere clubs plaatsen ze stelselmatig in een negatief daglicht. Wij proberen met onze site een onafhankelijk geluid te laten horen.’


Sinds de oprichting van de Kategoria Superiore gingen 49 van de 79 landstitels naar de hoofdstedelingen: recordkampioen met 24 titels is FK Tirana. Dinamo won er achttien, Partizani vijftien. De laatste keer dat één van hen echter de landstitel opeiste, dateert alweer van 2010.


Matchfixing

De afgelopen seizoenen is de hegemonie in de hoogste Albanese divisie stevig in handen van FK Skënderbeu. De kleine traditieclub uit het zuidoostelijk gelegen Korçë eiste zes seizoenen op rij de landstitel op, al kreeg de winst in 2016 een staartje nadat de roodwitten waren betrapt op matchfixing. De club mocht toen één seizoen geen Europees voetbal spelen. Nadat FK Kukësi in 2017 verrassend met zijn eerste landstitel aan de haal ging, pakte Skënderbeu dit jaar het stokje weer over.


‘Voor Skënderbeu dreigt echter opnieuw tien jaar uitsluiting van Europees voetbal,’ vertelt Altin. Uit het fraudedetectiesysteem van de UEFA zou namelijk blijken dat de betrokkenheid bij de omkopingszaak vele malen groter is dan tot nu toe werd gedacht. ‘Er wordt zelfs gesproken van het grootste schandaal ooit in het Europese voetbal, waarbij de club wordt gezien als instrument van de georganiseerde misdaad.’


Skënderbeu wordt ervan verdacht de uitslagen van meer dan vijftig duels te hebben beïnvloed. Bewijsmateriaal wordt gezocht in Maleisië, Indonesië en op Malta. UEFA-medewerkers die onderzoek doen in de zaak ontvingen naar verluidt anonieme doodsbedreigingen. De Europese bond ziet dit als intimidatie, bedoeld om het onderzoek te frustreren.


Marjan: ‘De fans geloven daar niet in en wijzen er bij de UEFA op dat een club nooit tweemaal voor hetzelfde vergrijp mag worden beboet.’ Een paar weken voor mijn bezoek gaan duizenden mensen in Korçëde straat op. Ze dragen spandoeken met teksten als ‘Maak onze droom niet kapot’.


‘Skënderbeu is de enige club die meekan in Europa,’ verklaren mijn tafelgenoten de vreedzame demonstratie. ‘Ze hebben een goed bestuur, talentvolle spelers, een moderne trainingsaccommodatie, spelen in een mooie stad en beschikken over sympathieke fans. Dit team is het beste team dat Albanië in de laatste dertig jaar heeft gekend.’ Twee keer drong de club door tot de groepsfase van de Europa League.


‘In het verleden probeerden Albanese clubs plaatsing voor Europees voetbal nog wel eens af te dwingen door wedstrijden te beïnvloeden. Skënderbeu heeft zich hier ook schuldig aan gemaakt, en is daarvoor gestraft.’ De jonge journalisten zijn ervan overtuigd dat de clubs in de Kategoria Superiore schoon schip hebben gemaakt. ‘Want het is niet alleen een probleem van Skënderbeu, het is een probleem van de hele liga.’


Om te begrijpen waar de grootschalige corruptie vandaan komt, moet je echter de hele geschiedenis van Albanië kennen, legt Altin geagiteerd uit.


Piramidespelen

Tijdens de economische liberalisatie na de val van het communisme wordt het financiële systeem van het land, met medewerking van de regering en naar schatting meer dan twee derde van de bevolking, gedomineerd door een systeem van ponzi-fraudezaken.

Malafide zakenlieden roepen begin jaren negentig het volk op geld te investeren in schimmige piramideconstructies. De Albanezen, niet gewend aan het kapitalistische systeem, krijgen dollartekens in de ogen en beleggen massaal hun zuur verdiende spaarcenten.

Wanneer de investeringsfondsen eind 1996 instorten, is de ellende niet te overzien. De toch al onbemiddelde bevolking ziet ruim 1,2 miljard Amerikaanse dollar in rook opgaan, komt in opstand, en eist haar geld terug van de overheid, die ervan verdacht wordt van hun investeringen te hebben geprofiteerd.


Het land ontaardt in complete anarchie: er vinden plunderingen plaats en uit kazernes en politiebureaus worden meer dan een half miljoen wapens gestolen. Tienduizenden Albanezen vluchten per boot naar Italië, duizenden anderen komen om. In Vlorë en Lushnja vallen tijdens de wedstrijd schoten op de tribunes. De voetbalcompetitie ligt meer dan een half jaar stil. Pas als de VN-veiligheidsraad troepen stuurt keert de rust langzaam terug.


Altin: ‘Albanië heeft zich daarna tot een waar smokkelgebied ontpopt, vooral van wapens en olie. Hierdoor is een kleine, rijke elite ontstaan. Het is ook de start van grootschalige matchfixing in de landelijke competitie. Spelers, bestuurders, bondsmedewerkers en scheidsrechters maken zich in die periode schuldig aan corruptie.’


Hoop

Marjan zucht, staat op, en bestelt nog drie biertjes. ‘De laatste jaren is er een kentering zichtbaar. Met de Europese successen van Skënderbeu is het geloof ontstaan dat je met weinig middelen tóch ver kunt komen. Er gloort hoop in de harten van de Albanezen.’

‘Voetbal staat in Albanië symbool voor de algehele gemoedstoestand van de bevolking. Dit team heeft het hele land trots gemaakt en ons het gevoel gegeven dat we ertoe doen. Als Skënderbeu opnieuw wordt geschorst, is de Albanese samenleving terug bij af.’  

Net als Altin en Marjan spreken meerdere supporters en clubmedewerkers die ik tijdens de reis spreek, het vermoeden uit dat ‘interne spionnen’ de UEFA hebben getipt over het vermeende bedrog van Skënderbeu. Ook zouden die achter de bedreigingen zitten.

‘Het is de grote clubs uit Tirana al acht jaar op rij niet gelukt om ze op het veld te verslaan. Nu proberen ze het op deze manier,’ zegt de jonge Valdrin hierover, als ik op de tribune sta bij het Eerste-Divisieduel tussen Apolonia Fier en FK Pogradeci. Valdrin is lid van de Ultras Green Boys, maar staat, zoals vele fans uit andere steden, achter de Albanese topclub. 

‘De media en de politiek spelen een dubieuze rol. Die zijn op de hand van Partizani. Zij hebben valse informatie doorgespeeld naar de UEFA om bij uitsluiting van Skënderbeu zelf een Europees ticket te kunnen bemachtigen.’


Vicieuze cirkel

Zolang Albanië geen deel uitmaakt van de Europese Unie blijft het land een bananenrepubliek,’ weet een medewerker van FK Kukësi, die anoniem wil blijven. ‘En zolang er corruptie is, komen we niet bij Europa. Het is een vicieuze cirkel waar we nog lang niet uit zijn.’ Volgens hem hebben clubs overal schulden.


‘De selecties van Teuta Durrës en Flamurtari Vlorë zijn in de zomer van 2016 op trainingskamp geweest in Slovenië. Ze lieten de organisatie met onbetaalde rekeningen achter.’ Ook hier doet de UEFA onderzoek naar. 


‘In een ander verduisteringsschandaal zijn onlangs 23 mensen opgepakt, waaronder de burgemeester van Lezhë en de oud-voorzitter van de plaatselijke eerstedivisieclub Besëlidhja. Ook Vllaznia-verdediger Renata Molata, die oorspronkelijk uit Lezhë komt, is achter de tralies verdwenen.’ Franse gokbedrijven staakten afgelopen voorjaar de inzet op Albanese wedstrijden.


Mario, de manager van het hotel waar ik in de badplaats Sarandë mijn domicilie heb, is het ook maar ten dele eens met de lezing van Altin en Marjan. ‘Het kan niet anders dan dat er in het voetbal nog steeds wordt gemanipuleerd. Voetbal is een afspiegeling van de maatschappij, en onze hele samenleving is doorspekt met schimmige handeltjes en omkoperij.’

Als je bevriend bent met een hoge ambtenaar of politiefunctionaris, dan hoef je geen belasting te betalen of kan je zonder vergunning een bedrijf starten. Maar ken je niemand, dan kan je alleen maar hopen op de juiste uitslag in de Toto.’


Ineens valt het kwartje. Plots snap ik waarom die kinderen op de tribune in Vlorë zo fanatiek bezig waren met de tussenstanden op de andere velden, en waarom er in ieder Albanees gehucht meer wedkantoren dan kruidenierswinkels zijn. Dat zijn, in tegenstelling tot de traditionele bakkerswinkeltjes en naaiateliers, hypermoderne zaken, ingericht als bar, zodat mensen er de hele dag kunnen gokken.


Afrekenen

Mario: ‘De ineenstorting van de piramidefondsen heeft een diepe wond achtergelaten op de ziel van de Albanezen, en heeft gezorgd voor een nationaal trauma waar de mensen liever niet aan worden herinnerd, maar die ze nog dagelijks bezighoudt.’


‘Meer dan twee decennia later is ons volk de klap nog niet te boven. Iedereen probeert wanhopig zijn verlies goed te maken. De jongste generatie is opgegroeid met de frustraties van hun ouders. Gokken is onderdeel geworden van onze cultuur. Op een eerlijke manier word je in Albanië niet rijk. Met een juiste gok lukt het misschien wel.’


Hij weet ook hoe het anders kan. ‘We moeten eindelijk afrekenen met het verleden. Enkel wanneer we ophouden verbitterd terug te kijken, kunnen we een vuist bieden tegen corruptie en de rijke elite, en is het mogelijk om de vicieuze cirkel te doorbreken. Daarom mag Skënderbeu niet nogmaals worden bestraft. Want pas als de bevolking vooruit kan kijken, kan Albanië aansluiting zoeken bij Europa, en is er kans op een betere toekomst.’



Dit artikel verscheen eerder in Panenka Magazine 16 en het Panenka Alfabet.



Comments


Commenting has been turned off.
bottom of page